duurzame docent home

  • Onderwijstype: Voortgezet onderwijs
  • School: Stanislas College
  • Jaar van aanmelding: 2024
  • Winnaars: 2024

1. Typeer de docent in de duurzame impact die hij/zij/hen maakt.

Nawfal al Jeburi is een bevlogen docent, excentriek, met een duurzaam hart en een drive om de wereld (op zijn manier) beter achter te laten dan hoe hij ´m aantrof.

2. Hoe betrekt de docent leerlingen/studenten in het samenstellen van duurzaamonderwijs?

Nawfal richt zich in zijn lesprogramma op kleding. Dat is een onderwerp dat erg dichtbij de leerlingen staat. Hij gaat met de leerlingen in gesprek over hun eigen gedrag – denk aan koopgedrag, hoe snel ze iets nieuws willen of weggooien. Hij bespreekt hoe hun gedrag invloed heeft op de wereld door het super praktisch te maken met aansprekende voorbeelden en cijfers (“wist je dat het 2700 liter kost om 1 katoenen T-shirt te maken!?!”). En hij zet daar een duurzamer beeld tegenover: hoe het óók kan. Maar hij praat daar niet alleen over. Hij brengt het met hen samen in praktijk! Door met hen op pad te gaan naar duurzame merken, door overstock kleding een nieuw leven te geven, door samen een duurzaam merk te creëren en meer. Samen met hen maakt hij heel ander gedrag tot iets dat hen aanspreekt.

3. Hoe biedt de docent handelingsperspectief aan leerlingen/studenten?

Door de leerlingen te laten reflecteren op hun gedrag, leert hij ze dat ze een keuze hebben en daarmee dat ze andere keuzes kunnen maken. Wat die keuzes zijn, bespreken ze niet alleen, Nawfal realiseert die andere keuzes met de leerlingen ter plekke: hij leert de leerlingen hoe ze oude kleren kunnen vermaken of met iets simpels weer leuk kunnen maken. En hij geeft hen guidelines hoe zij anders kunnen kopen, dragen en gebruiken. De grote lesruimte is een echte winkel èn creatieve maakplaats in eenzelfde ruimte voor levensecht leren met echte klanten. Dat motiveert. Iedereen die de ruimte binnenkomt ziet daar de Sustainable Development Goals aan de muur hangen, in een mooie compositie van picto's en met tekstjes in verschillende talen. In de praktische lessen ervaren de leerlingen, dat wat zij doen onderdeel is van een grotere beweging, die bouwt aan een betere iedereen, en dat de leerlingen daar zelf met hun acties keuzes een verschil voor kunnen maken.

4. Hoe krijgt de docent anderen binnen de school mee in duurzame ontwikkeling?

Nawfal is een echte ambassadeur van wat hij doet. Hij houdt het niet binnen de vier muren van zijn leslokaal. Hij gaat met iedereen het gesprek aan over wat hij doet (en wat zij kunnen doen). Hij zorgt dat de kleren die ze in het leslokaal maken, wordt gedragen door leraren, leerlingen en bezoekers van de school, waardoor zijn initiatief en werk resoneert. Maar hij gaat verder dan dat. Hij zet in op alle lagen van de school. Op management niveau gaat hij het gesprek aan over de koers van de school. Hij heeft de school aangemeld voor de sustainable run van de coöperatie leren voor morgen en de school gemotiveerd om een B corp te worden. In de lerarenkamer nodigt hij de leraren uit om op bezoek te komen in zijn praktijklokaal. En de leraren die belangstelling hebben vraagt hij mee naar relevante duurzame evenementen die meer context en informatie bieden. Denk aan een congres van de Coöperatie Leren voor Morgen of de SDG masterclass. Zo zorgt hij dat duurzaamheid gaat leven. Ook benut Nawfal elke kans om collega-docenten op andere scholen te inspireren, o.a. door zijn verhaal te delen in de inspiratiegids van de VO SustainaBUL en op platform circuleren.nu. Tijdens de week van het economieonderwijs verzorgde hij een daarom een online ontmoeting rondom duurzaam ondernemen op schoolvoor docenten in vmbo en praktijkonderwijs.

5. Op welke manier is de docent een inspiratie voor (beginnend) docenten, leerlingen, studenten, collega’s en de omgeving buiten de school?

Dat wat Nawfal doet recht uit zijn hart komt is te merken aan alles. Duurzaamheid zit in zijn kern. Hij gaat het gesprek aan met collega’s over duurzame ambities. Deelt zijn persoonlijke uitgangspunten in het leven en zijn redenen voor duurzamer handelen met leerlingen en gaat het gesprek erover aan. Hij gaat actief op zoek naar andere podia om duurzaamheid onder de aandacht te brengen, zoals andere scholen waar hij ook gastlessen geeft. Hij zoekt de samenwerking op met andere organisaties in de omgeving rond duurzaamheid en sociale aspecten. Bovendien betrekt hij het bedrijfsleven. Hij zoekt de samenwerking op waarmee hij de leerlingen inspireert zich te oriënteren op werkgevers die duurzaamheid in het hart hebben en motiveert ze om vooral daar te gaan werken waar ze impact kunnen maken.

6. Wat maakt de docent een vernieuwer in denken en doen? Brengt de docent bijvoorbeeld nog niet eerder uitgevoerde ideeën naar voren, zorgt voor vernieuwing van denkpatronen over afval, voeding, schoolgebouw, lesprogramma enz.

Nawfal brengt een heel nieuw perspectief binnen de school waar hij werkt (en daarbuiten!!). Hij is een pilotproject op regioniveau gestart dat onderwijs met bedrijfsleven verbindt. Hiermee vinden duurzame innovaties hun weg direct naar het klaslokaal en het curriculum. Binnen de school is het verbinden van duurzame innovators in het bedrijfsleven met de leerlingen en onderwijs een nieuwe route. Binnen onderwijs is het bovendien vernieuwend om de leerlingen mee te nemen in verduurzaming van hun eigen gedrag en vooral hen ook te leren dat ook hun werk of baan kan bijdragen aan een betere wereld. Hij combineert dus onderwijs, duurzame innovaties in bedrijfsleven, bewustwording bij leerlingen én duurzamer gedrag. Hij laat zien dat onderwijs anders kan.

7. Een duurzame docent heeft een brede/integrale opvatting van duurzaamheid. Hoe brengt de docent meerdere facetten van duurzaamheid bij elkaar binnen (vakoverstijgende) projecten en lessen?

Nawfal richt zich op een specifieke sector, namelijk de mode-industrie. Maar daar blijft het zeker niet bij. Hij bekijkt elke stap die hij met zijn lesprogramma zet en die de school als organisatie zet vanuit een duurzaamheidsperspectief. Hij heeft aandacht voor bewustwording rond duurzaamheid bij zijn leerlingen en collega’s, door ze te inspireren met informatie, filmpjes, voorbeelden, bijeenkomsten en uitstapjes. Hij heeft zelfs zijn collega’s geïnspireerd duurzamer en gezonder te eten. Binnen zijn project gebruikt hij alleen duurzame materialen. Hij stimuleert afvalscheiding en inkoop van duurzame varianten van zaken als materialen (denk aan inkt, papier, kleiding) en catering. En hij zorgt voor inrichting van zijn leslokaal met duurzame materialen. Door de school te stimuleren een B-corp te worden, zorgt hij dat de school in alle processen verduurzaamt.

8. Hoe werkt de docent samen met de (school) omgeving en externe partijen? Denk aan het samenwerken met gemeenten, Natuur en Milieu Educatiecentra, waterschappen, lokale bedrijven, NGO’s en buurtbewoners.

Een paar voorbeelden: - het project heeft nationale ambitie en potentie. Hij geeft het project vorm met o.a. een MBA zodat het een breder betsaansrecht heeft dan alleen binnen de muren van zijn school. - In zijn streven werkt Nawfal samen met de Stichting Talentontwikkeling. De eerste medewerker binnen het project is iemand met een afstand tot de arbeidsmarkt die op deze manier een kans heeft gekregen zijn potentie te benutten. Met de Stichting geeft nawfal nu vorm aan workshops waar duurzaamheid centraal staat voor jongeren met een afstand tot de arbeidsmarkt. - Hij werkt samen met gemeentes. Zo heeft hij samen met de gemeente Rijswijk een winterjassenactie voor lage SES georganiseerd waarbij tweedehands jassen worden weggegeven. - Hij is als docent aangesloten bij de lokale ondernemersvereniging. Hij is met een aantal lokale ondernemers in gesprek over een samenwerking, zoals een pop-up store. Hij bevraagt de ondernemers naar hun wensen en barrieres t.a.v. duurzaamheid en gaat het gesprek aan met ze over waar zij op in zouden kunnen zetten om te verduurzamen. Hij koppelt leerlingen aan lokale duurzame ondernemers. - Hij verbindt praktijkonderwijs met VMBO, MAVO, HAVO en HBO door leerlingen en docenten van verschillende leerdisciplines bijeen te brengen en in gesprek te gaan over hoe het project een oplossing kan zijn voor duurzaamheidsambities van de scholen.